Kinderen leren dat geven en nemen in evenwicht moeten zijn

Veel kinderen in onze westerse maatschappij worden opgevoed tot nemers, niet tot gevers.  We staan vanaf de geboorte klaar om kinderen in de watten te leggen en we vragen pas iets aan hen als ze al volwassen zijn. 


Herken je dit?
Door kinderen elkaar te leren masseren leer je kinderen iets van zichzelf te geven. Ze ontdekken al doende dat je daar geen geld en goederen voor nodig hebt, maar twee liefdevolle handen en je volle aandacht.

Oefening om te leren geven en nemen
Een oefening om kinderen te leren geven en nemen kan door middel van leuk spelletje  heel goed aangeleerd worden. Een onderwerp zou kunnen zijn: de pizzabakker. 
Een kind zit op de grond of op een stoel voorovergebogen, dat is de klant. Het andere kind is de pizzabakker. Als je een liedje van een bakker kent zing je dat terwijl de kinderen het 'deeg' op de rug van de klant kneden, maar het kan ook zonder lied. Dan vraagt de pizzabakker: Wat wil je erop? Het lied wordt weer gezongen, maar nu met de bewegingen van geraspte kaas, gesneden uien, tomaten, salami en wat de klant verder nog bedenkt. De pizzabakkers mogen hun creativiteit gebruiken om te bedenken hoe dat eruit ziet!


Van harde naar zachte bewegingen
Hoe ga je van harde naar zachte aanrakingen?
Je moet eerst zorgen voor een gevoel van veiligheid. Als stevige bewegingen die veiligheid bieden is het dus goed. Wel steeds wijzen op het comfort: wat wil de ander, wat vindt hij of zij prettig? 
Dat moet je een poos zo laten, dus niet in een eerste keer al naar zacht willen gaan. De kinderen moeten eerst wennen aan het aanraken zelf. Pas als het stevige aanraken voor de kinderen een vertrouwde activiteit is ga je met kleine stapjes naar subtielere aanrakingen.